Montagehandleiding barcode en blokprofiel
1. Regelwerk monteren
Regelwerk
Voor optimale bescherming tegen weersinvloeden is het noodzakelijk dat het hout aan de achterkant goed kan ventileren. Dit kan worden bereikt door gebruik te maken van een dubbel regelwerk. In situaties waarin er weinig ruimte is, kan een enkelzijdig regelwerk worden gebruikt, op voorwaarde dat het is voorzien van regels met ventilatieopeningen (ventilatielatten).
Het regelwerk moet minstens 1,3 keer zo dik zijn als het te bevestigen gevelbekledingsprofiel. Als het gevelbekledingsprofiel bijvoorbeeld 21mm dik is, moet het regelwerk een minimale dikte van 28mm hebben. Het wordt aanbevolen om voor het regelwerk een duurzame of verduurzaamde houtsoort te gebruiken. Thermisch gemodificeerde houtsoorten moeten worden vermeden vanwege hun verminderde schroefvastheid.
Bovendien is het van belang om ventilatieopeningen van minimaal 10mm aan zowel de boven als onderzijde van de gevel te hebben. Voor openingen groter dan 6mm wordt het gebruik van insecten werende roosters aanbevolen.
Verder wordt aanbevolen om een minimale afstand van 200mm te behouden tussen het houtwerk en het maaiveld. Dit helpt om optrekkend vocht te verminderen.
Aanbevolen wordt een hart-op-hart-afstand van 40cm aan te houden. Breng bij ontmoetingen in de lengterichting een bredere of een tweetal regels aan. De maximale vrije oversteek van het geveldeel mag maximaal 50mm voorbij het regelwerk zijn (punt A). Advies is om de kopse kanten te behandelen met kopsekantsealer om vochtintreding te voorkomen.
Gevelfolie
Gebruik gevelfolie wanneer je geïsoleerde warme ruimtes creëert en isolatie toepast in een houten framewerk. Houd er rekening mee dat gevelfolie niet nodig is voor de bekleding van een schutting of buitenverblijf, omdat deze geen geïsoleerde warme ruimtes vormen. Op de koude zijde (buitenzijde) wordt het gebruik van damp-open folie aanbevolen. Aan de warme zijde (binnenzijde, vóór de isolatie) wordt het gebruik van dampdichte folie aanbevolen.
2. Expansieruimte
Zorg ervoor dat je bij zowel binnen- als buitenhoeken een expansieruimte van 7 tot 10mm (punt A) aanhoudt. Dit zorgt ervoor dat het materiaal voldoende ruimte heeft om uit te zetten en te krimpen, wat essentieel is voor een langdurig en stabiel resultaat.
3. Vastzetten planken met schroeven
Monteer de blokprofielen vast op 1/3 deel van de plankbreedte (punt A). Afhankelijk van de relatieve vochtigheid van het hout en de weersomstandigheden zal het hout krimpen en/of uitzetten. Voorzie om deze reden 3mm expansieruimte (punt B). (punt B). Om kopscheuren te voorkomen, de delen bij voorkeur niet korter dan 50mm uit het uiteinde vastzetten.
Werking van hout
Om de werking (krimp en uitzetting) van het hout op te vangen, en daardoor scheurvorming te voorkomen adviseren we om de plank voor te boren met de ‘spoed’ diameter van de schroef. De spoed-diameter is de dikte net onder de kop.
Schroeven of bolkopnagels
Bij hout met een relatief hoge vochtigheid, zoals bijvoorbeeld AD of KD18-20%, adviseren we het gebruik van schroeven. Vooral wanneer deze houtproducten worden blootgesteld aan verschillende weersomstandigheden zoals regen, wind en zon, is het essentieel om stevige RVS-schroeven te gebruiken vanwege de verhoogde werking van het hout.
Voor houtsoorten die een thermische behandeling hebben ondergaan, kunnen bolkopnagels ook geschikt zijn als bevestigingsmethode. Bij het gebruik van deze nagels is het belangrijk om een terugslagvrije hamer te gebruiken om beschadiging aan de RVS-laag te voorkomen. Let op: vermijd het gebruik van nagels of nieten die volledig in het hout verdwijnen, aangezien dit vochtretentie kan veroorzaken, wat resulteert in een ander verweringspatroon.
Welke lengte schroef heb ik nodig?
Als vuistregel wordt gehanteerd minimaal het dubbele van de dikte van het hout aan te houden.
4. Tips en trucs
Maak een lagenlat en teken hierbij de positie van ieder geveldeel op het het regelwerk af.
Hout is een natuurproduct en kan wat werken. Bij levering kunnen planken al een klein beetje krom zijn. Zorg ervoor dat de planken ‘kaarsrecht’ gemonteerd worden. Gebruik een stukje afvalhout als hefboom om de gevelplanken recht te duwen en te fixeren.
5. Onderhoud
- Controleer regelmatig de ventilatieopeningen.
- Verwijder eventuele aanwezige algengroei met water en een borstel. Er is voor onbehandeld hout ook speciale algenverwijderaar in de handel. Een hogedrukspuit maakt het houtoppervlak naar verloop van tijd gevoeliger voor hechting van vuil.
- Onbehandeld hout zal vergrijzen. De snelheid en wijze waarop dit proces verloopt, hangt af van de houtsoort en de mate van blootstelling aan de elementen van het weer. Als gevolg hiervan zullen kleurverschillen kunnen ontstaan: daar waar delen niet of minder worden blootgesteld aan het weer zal het hout zijn oorspronkelijke kleur langer kunnen behouden. Denk hierbij aan de delen die vallen in de schaduw van dakoverstekken. Indien er geen kleurverschil gewenst is dan kan er worden gekozen voor een afwerking, met bijbehorend
onderhoudstraject. Er kan ook gekozen worden om er een grijze beits op te (laten) brengen die de kleur van het vergrijsde hout benadert. Op de onbelaste vlakken zal het grijze pigment nauwelijks verweren, terwijl naar verloop van tijd op belaste vlakken de natuurlijke vergrijzing het zal overnemen. Resultaat is een egaal gekleurde gevel. - Bij semi-transparante afwerklagen, breng de nieuwe laag aan vóór het hout vergrijst om schuurwerk te verminderen.
Oliën bieden slechts kortstondige bescherming; vermijd filmvormende afwerksystemen vanwege de hoge onderhoudsfrequentie.